Gisteren had ik het tijdens de lunch met twee mannelijke collega’s over vrouwenvoetbal. Eén van hen maakte de opmerking dat het vrouwenvoetbal helemaal niet populair is en dat dit ook wel logisch was. Want, zo zei hij, het was veel minder aantrekkelijk om naar te kijken. Nou dan heb je aan mij een verkeerde. Want natuurlijk begreep ik heel goed waar hij op doelde. Hij durfde het alleen niet hardop te zeggen. Dus deed ik dat maar voor hem.
Hij had het namelijk niet over de manier van spelen. Maar over uiterlijk. In zijn beleving zijn alle voetbalsters uit de kluiten gewassen manwijven. Van het type Russische kogelstootsters (no offence, maar je snapt wel gelijk wat ik bedoel), waar weinig vrouwelijks aan is. Oh, en hij voegde er nog aan toe dat dit ‘natuurlijk in tegenstelling tot vrouwenhockey’ was en dat deze sport daarom wél populair was.
Ik vroeg hem of hij überhaupt wel eens vrouwenvoetbalwedstrijd had gezien. Of nog beter: een Nederlandse profvoetbalster. Nee dus. Kon ook niet anders. Anders had hij namelijk nooit deze boute uitspraak gedaan. En hoewel ik het eigenlijk belachelijk vindt om het over uiterlijk te hebben terwijl het om een topsport gaat, was één foto van Anouk Hoogendijk genoeg om hem het zwijgen op te leggen.
Nou ja, bijna dan. Er kwam nog een zwak verweer dat het ook aan de kleding lag. Ze speelden allemaal in oversized shirts. En toegegeven, mijn oudste dochter speelde afgelopen periode bij de KNVB absoluut in te grote kleding. Maar kijk naar een willekeurige wedstrijd in de Eredivisie, of naar de Oranjeleeuwinnnen en je weet wel beter.
Goed. Uiterlijk en kleding waren dus geen argumenten. Konden we het gesprek eindelijk brengen op de aantrekkelijkheid van de sport in plaats van de speelsters. En dan ga ik los. Want wat kunnen die vrouwen voetballen! En het niveau wordt alleen maar hoger. Van de week had ik het voorrecht om een selectietraining bij te wonen van KNVB MO12 overstijgend. Wat een snelheid en techniek zit daar al in zeg. Petje af. Dat belooft wat voor de toekomst.
Maar los daarvan, vind ik het mooie aan de sport dat er nog echt passie in zit. Het draait puur om de sport. Niks over het paard getilde vrouwen. Maar samen gaan voor het hoogste resultaat. Vallen, gelijk opstaan en weer doorgaan. En ongeacht winst of verlies, na de wedstrijd nog de tijd nemen voor je fans. Ballen het publiek in schieten. Handtekeningen uitdelen. Op de foto gaan.
En zo kon ik nog wel even doorgaan. Maar helaas, de lunchtijd was voorbij. Het werk riep. Ik nodigde de heren dan ook uit om vooral eens naar een wedstrijd te gaan kijken. En hoewel ik betwijfel of ze dat gaan doen, is het beeld toch weer een beetje recht gezet. En verheug ik me ondertussen nog meer op de oefenwedstrijd tegen Frankrijk. Want die kaartjes hebben we natuurlijk al lang op zak. Nog 35 dagen te gaan. Nu al zin in!